Breng de laadopgave per gebruikersgroep in kaart

De laadopgave is het aantal verwachte laadpunten in jouw gemeente in 2030 en 2035. Hier lees je hoe je deze laadprognoses maakt op basis van ELaadNL Outlooks en informatie uit je eigen gemeente. Specialistische adviesbureaus kunnen helpen om de laadprognoses voor jouw gemeente verder te valideren of op een hoger detailniveau in kaart te brengen.

Wat is de laadopgave?

De laadopgave bestaat uit de volgende vragen:

  • Hoeveel elektrische voertuigen worden verwacht in 2030 en 2035? Hoe groot is de laadbehoefte (in laadpunten of laadvermogens)?
  • Waar speelt deze laadbehoefte: op welke laadlocaties en op publieke of private grond?
  • En om welk type laadpunten gaat het: regulier of snel?

Kijk hierbij ook waar deze laadbehoeftes overlappen en gecombineerd kunnen worden, met oog op efficiëntie en de schaarste van ruimte en netcapaciteit.

Wat zijn bronnen voor laadprognoses?

Voor de hoofdgroepen personenauto’s en bestel- en vrachtvoertuigen kun je gebruikmaken van de ELaadNL Outlooks. In de loop van 2024 komt hier ook een Outlook voor mobiele werktuigen bij. Voor andere gebruikersgroepen, zul je vooral uit de gemeentelijke situatie en ambities af moeten leiden hoe de opgave zich ontwikkelt, omdat deze niet op landelijk niveau in kaart gebracht kunnen worden.

ELaadNL werkt met groeiscenario’s van elektrische voertuigen, en verwerkt hierin de belangrijkste trends voor laadinfrastructuur zoals toenemende efficiëntie, gebruikersvoorkeuren, verdeling publiek/privaat, enzovoort. Vaak zijn er 3 groeiscenario’s opgenomen: hoog, midden, laag. Het midden-scenario geeft de prognose die het dichtst bij de huidige ontwikkeling en beleid liggen, deze kun je als standaard-scenario nemen.

ElaadNL brengt de groei van elektrische personenauto’s kwantitatief in kaart, voor bewoners en bezoekers. Hieruit volgt de laadbehoefte voor reguliere laadpunten in de bebouwde kom voor bewoners en bezoekers en een snellaadbehoefte onderweg voor bezoekers en doorreizigers.

Om de prognosecijfers in te vullen:

  1. Ga naar Outlook dashboard (elaad.io).
  2. Selecteer de juiste provincie.
  3. Selecteer de juiste gemeente.
  4. Selecteer de gewenste range van jaartallen (advies: 2024- 2035).
  5. Kijk in de grafiek (of in de tekst onder de grafiek) voor de aantallen BEVs van het midden-scenario (groene lijn) in jouw gemeente die overeenkomen met de jaartallen die je in de laadvisie wilt noemen.
  6. Selecteer nu de knop ‘prognoses laadpunten’ in het dashboard.
  7. Kijk in de tekst onder de grafiek voor het totaal aantal laadpunten in jouw gemeente die overeenkomen met de jaartallen die je in de laadvisie wilt noemen.
  8. Kijk in de grafiek voor het onderscheid tussen publieke laadpunten (neem de staaf (semi-)publiek) en private laadpunten (tel het aantal laadpunten thuis en werk bij elkaar op) en snellaadpunten.
  9. Vul de aantallen in, in het format Integrale Laadvisie

Om de grafiek te downloaden:

  1. Ga naar Outlook dashboard (elaad.io).
  2. Selecteer de juiste provincie.
  3. Selecteer de juiste gemeente.
  4. Selecteer de gewenste range van jaartallen (advies: 2024- 2035).
  5. Klik naast het kopje 'Groeiscenario's' rechts in het scherm op de downloadknop.
  6. Selecteer het gewenste format en geef aan dat je alleen deze grafiek wilt downloaden.
  7. Plak de gedownloade grafiek in je laadvisie.
  8. Selecteer nu de knop ‘prognoses laadpunten’ in het dashboard.
  9. Klik naast het kopje 'Groeiscenario's' rechts in het scherm op de downloadknop.
  10. Selecteer het gewenste format en geef aan dat je alleen deze grafiek wilt downloaden.
  11. Plak de gedownloade grafiek in je laadvisie.
  12. Pas het onderschrift aan.
De laadbehoefte van taxi’s, doelgroepenvervoer en deelauto’s kun je het beste met je collega’s bespreken. Hoe schatten zij de voertuigaantallen in en wat zijn de toezegging voor het verzorgen van (publieke) laadpunten voor deze gebruikersgroepen? Enkele tips hierbij:
  • Taxi’s en voertuigen voor doelgroepenvervoer laden vaak op de remise of gaan mee naar huis, daarom tellen ze mee in de aantallen en laadbehoefte voor personenauto’s. Specifiek kun je voor jouw gemeente standplaatsen / wachtplaatsen benoemen waar laadpunten worden voorzien of overwogen.
  • Deelauto’s laden vaak op het openbare netwerk als ze geen vaste parkeerplaats hebben. Station-based deelauto’s een eigen laadpunt krijgen bij de vaste parkeerplek. In dat geval komen die laadpunten bovenop het aantal publieke laadpunten voor openbaar gebruik uit de ElaadNL-prognoses. Zie ook de NKL 'Handreiking elektrische deelauto's' voor meer informatie over de verschillende systemen en hun laadbehoefte.

De Outlook-prognoses voor bestel- en vrachtvoertuigen zijn nog niet publiek beschikbaar, maar wel op te vragen bij de NAL Vliegende Brigade op vliegendebrigade-nal@rvo.nl

NB: naar verwachting is eind 2024 een geüpdatete Outlook voor bestel en vracht beschikbaar, in hetzelfde dashboard als de Outlook personenauto’s.

Ongeveer de helft van de bestelbussen gaat naar verwachting met kleine ondernemers of werknemers mee naar huis en zullen dus ook daar willen laden. Deze aantallen staan in de prognose. Je moet deze laadbehoefte optellen bij de publieke laadpunten voor personenauto’s.

Ongeveer de helft van bestelbussen en vrijwel alle vrachtwagens gaan op eigen terrein van ondernemers laden. Dat kan een depot, remise, werf, productielocatie of kantoorterrein zijn. De ondernemer zijn eigen laadmix, afhankelijk van het type bedrijf, de kenmerken van het wagenpark en de ingroei van elektrische voertuigen.

De verwachting is dat elk voertuig een eigen (privaat) laadpunt krijgt. Het laadtype hangt sterk af van de specifieke bedrijfsvoering en kan uiteenlopen van 50kW- tot 350kW-laders, al dan niet gedeeld tussen verschillende voertuigen. De configuratie van laadinfra voor vrachtvoertuigen op bedrijventerreinen is situatie-afhankelijk en wordt daarom uitgedrukt in een totaal aan laadvermogen in kilowatt of megawatt, in plaats van het aantal laadpunten.

Deze vermogens staan in de prognose die je opvraagt. De bedrijventerreinen met grootste (toekomstige) laadbehoefte en de totale laadbehoefte op bedrijventerreinen voor de hele gemeente geven een indicatie van de laadopgave.

Naast de algemene ElaadNL Outlook-cijfers, is er ook een NAL Storymap bedrijventerreinen ontwikkeld. Dit online dashboard geeft inzicht in de aantallen voertuigen en laadbehoefte op alle Nederlandse bedrijventerreinen. NB: deze prognoses komen niet op dezelfde manier tot stand als de Outlooks. Vergelijk voor jouw gemeente of de cijfers overeenkomen.

Zie ook de NAL-factsheets voor achtergrond bij de prognoses voor bestelbussen en vrachtwagens en de vertaling naar bedrijventerreinen.

Bestelbussen zullen vooral gebruikmaken van snelladers die ook voor personenauto’s geschikt zijn. Je kunt de laadbehoefte vooral verwachten bij verzorgingsplaatsen, tankstations of nieuwe laadstations.

Vrachtwagens hebben speciale heavy-duty laadpleinen nodig die qua inrichting en vermogens geschikt zijn voor grote en zware voertuigen. De laadbehoefte onderweg kun je verwachten op verzorgingsplaatsen, truckparkings of nieuw te realiseren logistieke laadlocaties (voor de heavy duty laadpleinen). Hiervoor is een dashboard beschikbaar. 

Door alvast de geschikte locaties binnen jouw gemeentegrenzen te bepalen, kun je inspelen op de laadbehoefte onderweg voor bestelbussen en vrachtwagens.

In de bouwsector zal de elektrificatie ook een groeiende laadvraag veroorzaken. Mobiele werktuigen zijn werktuigen die verrijdbaar (bv. graafmachines, hijskranen), maar in principe geen gebruik maken van de openbare weg. De bestel- en vrachtvoertuigen binnen bouwlogistiek om bv. materiaal of personeel van en naar de bouwplaats te brengen vallen hier niet onder, en zijn onderdeel van de opgave binnen de logistieke sector.

Elektrisch bouwmaterieel is zeer divers en sterk groeiende. De grootte van de opgave in een gemeente hangt sterk samen met het aantal en type bouwprojecten. Ook kan de gemeente als aanbestedende dienst eisen stellen aan de inzet van zero-emissie- of elektrisch bouwmaterieel. De verwachting is dat op termijn (na 2030) alle bouwmaterieel elektrisch of zero-emissie is, onafhankelijk van de eisen van aanbestedende diensten. Gemeenten zijn daardoor op termijn sowieso genoodzaakt om laadinfrastructuur voor bouwmateriaal te realiseren.

Grofweg zijn er twee manieren om bouwmaterieel efficiënt op te laden; door laadinfrastructuur op de bouwplaats realiseren, of met batterijcontainers als accu op de bouwplaats. Deze batterijcontainers worden dan elders opgeladen. Dat geeft dan een laadvraag binnen of buiten het bouwproject, afhankelijk van de laadoplossing.

NB: in de loop van 2024 publiceert ELaadNL een Outlook voor bouwmaterieel. Deze is sterk gebaseerd op input van gemeenten en andere (publieke) opdrachtgevers over geplande projecten en verduurzamingsdoelstellingen.

Zie ook de Tool inschatting vermogensvraag bouwproject om per project de verwachte vermogensvraag te berekenen.

De laadopgave voor overige gebruikersgroepen zoals OV-bussen, touringcars en vaartuigen zul je voornamelijk binnen de gemeente zelf in kaart moeten brengen. Ga in gesprek met je collega’s van de verschillende beleidsvelden.
  • Bij OV-bussen is van belang of bus-remises zich binnen jouw gemeente bevinden en of er voor de elektrificatie (uiterlijk 2030) nog laadpunten op openbare grond nodig zijn. Bespreek dit met de aanbestedende dienst (vaak de provincie) en huidige concessiehouder.
  • Voor touringcars is het handig om te weten of remises van vervoerders zich in jouw gemeente bevinden en wat de plannen voor elektrificatie zijn tot 2030 en verder. Ook kunnen veelbezochte bestemmingen en/of touringcarparkeerplaatsen in jouw gemeente in beeld komen als laadlocatie, afhankelijk van de verwachte voertuigstromen. Voor het onderweg laden, zullen touringcars gebruik maken van publiek toegankelijke heavy-duty laadpleinen voor logistiek of bouwmaterieel.
  • Voor vaartuigen hangt de laadopgave af van lokale situatie en ambities. Breng dit met de verantwoordelijke collega’s in kaart. Als startpunt ELaad de Quickscan Walstroom gepubliceerd.