Elektrisch vliegen opent nieuwe mogelijkheden voor regionale logistiek 

De logistieke sector moet dringend overschakelen naar elektrische voertuigen, maar stuit op uitdagingen zoals netwerkbelasting en geschikte laadlocaties. Wegtransport kampt bovendien met files en personeelstekorten. Kan elektrisch vliegen een serieus alternatief bieden? En wat kan deze sector leren van de standaardisering van laadinfrastructuur in de auto-industrie? Op vliegveld Teuge werken E-flight Academy, NRG2FLY en DEAC binnen het Green Transport Delta – Electrification-project (GTD-E) aan integratie van elektrische luchtvaart met zonne-energie, batterijopslag en slimme laadpalen.

Elektrisch vliegen bewijst nu al zijn potentieel. Volgens E-flight Academy kan elektrisch vliegen binnen vijf tot tien jaar een serieus alternatief worden voor regionaal transport. Vooral voor het vervoer van mensen en goederen over korte en middellange afstanden.

Pionieren tussen de weilanden

Op vliegveld Teuge, genesteld tussen de weilanden van de Cleantech Regio, wordt al jarenlang intensief getest met elektrisch vliegen. “Met 7 elektrische vliegtuigen maken we in Nederland op dit moment meer dan de helft van alle wereldwijde elektrische vliegbewegingen.” zegt Tristan Oppeneer van NRG2FLY trots. “Dat maakt ons wereldwijd koploper in operationele ervaring met elektrische toestellen.”

Van tweezitter naar regionale vracht

Op dit moment bestaat de elektrische vloot vooral uit tweepersoons toestellen, maar de technologie maakt enorme sprongen. “Rond 2027 verwachten we vliegtuigen die 5 tot 9 passagiers of vergelijkbare hoeveelheden vracht kunnen vervoeren,” aldus Geert Boosten van DEAC. “En dat is nog maar het begin. Op dit moment werken diverse fabrikanten aan de ontwikkeling van toestellen die met 90 passagiers meer dan 800 km kunnen vliegen.”

Deze vooruitgang trekt ook de aandacht van logistieke dienstverleners. “DHL heeft al opties genomen op een substantiële vloot elektrische vliegtuigen,” vervolgt Boosten. “Ze zien enorme kansen in de ‘last mile’ logistiek. Elektrische vliegtuigen maken het mogelijk om fijnmazige logistieke netwerken op te zetten, vooral in gebieden waar wegtransport beperkingen heeft.”

Infrastructurele uitdagingen

Om elektrisch vliegen schaalbaar te maken, moeten luchthavens worden aangepast aan de nieuwe eisen. Boosten legt uit: “We werken aan een ‘mobility hub’-concept. Dit bestaat uit drie elementen: een unit voor passagiers- of vrachtafhandeling, een energie-unit voor het laden van vliegtuigen, en een onderhoudsunit. Het idee is dat dit plug-and-play-systemen worden die eenvoudig op regionale luchthavens kunnen worden ingezet.”

De energievoorziening is daarbij een van de grootste uitdagingen. Oppeneer licht toe: “Voor een vliegtuig met 90 passagiers heb je batterijpakketten nodig van 10 tot 12 megawattuur, die binnen 45 minuten moeten worden geladen. Maar hier liggen ook kansen: luchthavens kunnen dienen als energiehubs, waarbij ze overtollige zonne-energie van nabijgelegen bedrijventerreinen opslaan en inzetten voor het laden van vliegtuigen.”

Standaardisatie als sleutel tot succes

Een belangrijke les uit de opkomst van elektrische auto’s is het belang van standaardisatie. “We zien dat de Europese markt zich richting de CCS-standaard beweegt voor het laden van elektrische voertuigen,” zegt Oppeneer. “Voor vliegtuigen is zo’n standaard net zo cruciaal. Zonder standaardisatie krijg je dezelfde problemen als bij de eerste elektrische auto’s, met verschillende stekkers en systemen die niet op elkaar aansluiten.”

Nieuwe mogelijkheden voor regionale ontsluiting

Elektrisch vliegen opent de deur naar betere bereikbaarheid voor regio’s die slecht ontsloten zijn via weg of spoor. “Europa telt zo’n 3000 regionale luchthavens,” vertelt Boosten. “Als je deze met elkaar verbindt via elektrische vliegtuigen, ontstaat er een heel nieuw mobiliteitsnetwerk. Denk aan een verbinding tussen Aken, Luik en Maastricht, of tussen afgelegen gebieden en stedelijke distributiecentra.”

Vooruitblik: de toekomst van elektrisch vliegen

De komende vijf jaar zijn cruciaal voor de doorbraak van elektrisch vliegen in de logistieke sector. De eerste commerciële toestellen die geschikt zijn voor 5 tot 9 passagiers of vergelijkbare vrachtvolumes worden rond 2027 verwacht. Parallel hieraan moet de laadinfrastructuur worden uitgerold.

“We staan aan het begin van een nieuwe vorm van mobiliteit,” concludeert Boosten. “Het gaat niet om het vervangen van bestaande luchtvaart, maar om het toevoegen van een nieuwe modaliteit die past in een duurzame, fijnmazige logistieke keten. De uitdaging is om de randvoorwaarden te creëren – van standaardisatie en regelgeving tot verzekeringen en energievoorziening.”