Slimme laadpleinen

Een laadplein wordt toekomstbestendig door slim laden in de aanleg mee te nemen. Wat is slim laden? Welke voordelen hebben slimme laadpleinen? Wat is de Verhicle to Grid (V2G)-techniek en welke rol hebben gemeenten bij V2G-verdienmodellen?

Wat is slim laden?

Met slim laden (smart charging) kun je reguleren wanneer en met welke snelheid een elektrische auto het meest efficiënt wordt geladen. Bijvoorbeeld op basis van beschikbaarheid van duurzame stroom uit zon en wind of door alleen te laden tijdens daluren.

Met slim laden kun dus je flexibel inspelen op de beschikbaarheid van duurzame energie, goedkope energie of überhaupt de beschikbaarheid van energie (netbewust laden).

Ook kan overcapaciteit aan groene stroom worden opgeslagen in de accu’s van elektrische auto’s en teruggeleverd aan het net, met behulp van V2G-techniek. Deze V2G-techniek biedt kansen voor een verdienmodel.

De voordelen van slimme laadpleinen
  • Door hun schaalgrootte lenen laadpleinen zich eenvoudiger voor innovaties en het combineren van deze slimme (V2G-)technieken. Denk bijvoorbeeld aan de koppeling van een laadplein aan een zonnedak met batterij of het energiesysteem van een gebouw.
  • Met slim laden kan het voertuig dat dit het hardst nodig heeft het meeste vermogen krijgen. Deze techniek heet ‘load balancing’. Door met het vermogen op een plein te balanceren, kan een kleinere netaansluiting volstaan en kun je ook beter inspelen op de behoefte van de gebruiker, bijvoorbeeld sneller laden bij kort parkeren.
  • Ook kun je op laadpleinen AC en DC naast elkaar aanbieden. AC-laden is de standaard voor openbaar laden. Maar met de toevoeging van DC-laden wordt het laadplein ook interessant voor EV-rijders die gebruik willen maken van snelladen of V2G.
Wat is V2G?

Vehicle to Grid (V2G) houdt in dat de batterij van een auto (groene) stroom opslaat en deze op een later moment via de laadpaal teruglevert aan het net of bijvoorbeeld aan een huis. Zo wordt de anders ongebruikte stroom toch nog gebruikt. Vervolgens kan de auto op dalmomenten, bijvoorbeeld ’s nachts, weer opgeladen worden. Ook kan de V2G-techniek als buffer dienen om (lokaal) te veel duurzaam opgewekte energie op te slaan in een elektrische auto en terug te leveren op momenten dat de vraag naar (duurzame) energie er wél is.

De laadpaal moet geschikt zijn voor V2G. Dit kan met DC- en AC-laadpalen. DC-laders zijn vaak duurder maar hebben ook een hoger vermogen. V2G is nog volop in ontwikkeling en zit in de testfase. Veel autofabrikanten zijn bezig om voertuigen geschikt te maken voor V2G. De Nissan Leaf, bijvoorbeeld kan op daarvoor geschikte DC-palen stroom terug leveren aan het net. Renault is in samenwerking met o.a. WeDriveSolar en ElaadNL bezig met de ontwikkeling van de ZOE die via speciale AC-laadpalen ook stroom terug kan leveren aan het net. Ook andere autofabrikanten tonen inmiddels interesse in deze variant. Een aantrekkelijke propositie voor de elektrische rijders zoals korting op de laadprijs of een vergoeding bij teruglevering van stroom, kan helpen om deze techniek vooruit te helpen.

De software om groene stroom op te slaan en terug te leveren aan het net is nog niet uitontwikkeld en gestandaardiseerd, deze moet worden geïntegreerd in de achterliggende infrastructuur en systemen. Aandachtspunten zijn het testen van de veilige werking van het systeem en de juiste de registratie en verwerking van teruggeleverde energie – zowel in het laadpunt als in de backoffice.

Het is wettelijk toegestaan om stroom terug te leveren aan het net, dit gebeurt nu ook al met zonnepanelen. Toch zijn er mogelijk aanpassingen nodig in de wet- en regelgeving. Dit omdat er bij V2G sprake is van dubbele energiebelasting als dit via publieke laadpalen gebeurt: bij het laden van de elektrische auto en het opnieuw laden na teruglevering aan het net.

Wat betreft het energiebeheer liggen er nieuwe kansen voor businessmodellen. Het toepassen van V2G zal leiden tot meer flexibele tarieven. Het rapport ‘V2X als verdienmodel’ laat zien waar volgens de marktpartijen en gemeenten kansen en barrières liggen voor de doorontwikkeling van de techniek en de verdienmodellen rondom V2G-laden. De aanbevelingen in het rapport schetsen de rol van gemeenten om V2G-verdienmodellen verder uit te rollen.